Hoeveel rendement behaal jij met je spaarrekening of belegging?
Elk jaar doet iedere Nederlander aangifte inkomstenbelasting. Indien je leuk gespaard hebt en dus wat spaargeld op je rekening hebt staan, kom je vaak van een koude kermis thuis. Je moet ineens belasting betalen over dat spaargeld. Maar is deze belasting wel in verhouding met het rendement dat je hebt behaald met je geld op die spaarrekening?
RENDEMENT VAN 4% HAALBAAR?
Het antwoord op deze vraag is: Nee! De spaarrentes zijn al jarenlang niet meer boven de 4% gekomen. Een grote groep Nederlanders voelde onrecht en heeft over de belastingjaren 2013 en 2014 een rechtszaak aangespannen tegen de overheid, met als argument dat het rendement van 4% onhaalbaar is op spaartegoeden.
De Belastingdienst ging er jarenlang vanuit dat een belastingplichtige gemakkelijk 4% rendement kan behalen met de spaartegoeden. Over dit fictieve rendement van 4% wordt 30% belasting geheven. Effectief komt dit neer op een belastingheffing van 1,2%.
Men stelde in de rechtszaak dat met deze box 3-heffing de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden zijn geschonden.
De Hoge Raad heeft zich over deze kwestie gebogen en oordeelde onlangs inderdaad dat een rendement van 4% op spaartegoeden onhaalbaar is. Er is volgens de Hoge Raad sprake van een “buitensporige zware last”. Daarvan is sprake als zonder veel risico’s te behalen, het rendement op de spaartegoeden voor de jaren 2013 en 2014 lager is dan 1,2%.
VERDERE BEHANDELING
Op 27 juni 2019 heeft er een Kamerdebat plaatsgevonden tussen de Staatssecretaris van Financiën en de commissie Financiën. De Staatssecretaris erkende tijdens het Kamerdebat dat de pijn voor wat betreft het onrealistische rentepercentage vooral zit bij mensen met alleen spaargelden. Ook was de Staatssecretaris het volgende van mening: “Terugkijkend vind ik dat de wetgever die 4% te lang heeft gehandhaafd als een soort forfaitair percentage.”
Al snel werd tijdens dit debat duidelijk dat nieuwe wetgeving voor de box 3-heffing niet mogelijk is per 1 januari 2020. De bezwaren die over de jaren 2013 en 2014 ingediend zijn, zullen wel collectief behandeld worden. Individuen kunnen mogelijk in aanmerking komen voor een vergoeding als je kunt aantonen dat de heffing voor hen onevenredig hard uitpakte.
EN WAT NU?
De bal ligt nu nog steeds bij de politiek om te beoordelen wat er zal gebeuren met de rendementsheffing. In het Kamerdebat heeft de Staatssecretaris aangegeven dat hij met Prinsjesdag een oplossing wil presenteren voor de jaren 2013 en 2014.
Wat we wel weten is dat nieuwe wetgeving er nog niet in zit per 1 januari 2020. De Staatssecretaris geeft wel aan dat hij denkt dat het mogelijk is om belasting op spaargeld in box 3 te verlagen. Hierbij wordt meteen aangeven dat het minimaal tot 2021 duurt voordat een nieuw tarief ingevoegd kan worden.
We wachten hoopvol af en houden je uiteraard op de hoogte van de ontwikkelingen rondom de box 3-heffing!