Updates

De inkomensafhankelijke combinatiekorting voor co-ouders

NIET ALLEEN AFHANKELIJK VAN HET INKOMEN.

 

Wanneer u jonge kinderen heeft bent u tijdens het invullen of het controleren van de aangifte inkomstenbelasting wellicht al op de ‘inkomensafhankelijke combinatiekorting’ gestuit. Het voordeel van deze heffingskorting kan oplopen tot € 2.835.

Om in aanmerking te komen voor dit belastingvoordeel moet volgens de wet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  • U heeft een arbeidsinkomen dat op jaarbasis meer bedraagt dan € 4.993.
  • In het kalenderjaar staat gedurende zes maanden een kind op uw woonadres ingeschreven, dat bij aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 12 jaar nog niet bereikt heeft.
  • U heeft geen partner of u bent de minstverdienende partner.

In de klassieke gezinssituatie speelt met name de eerste voorwaarde een belangrijke rol. We hebben immers alleen recht op de heffingskorting als beide ouders werken.

Bij co-ouderschap gooit de tweede voorwaarde mogelijk roet in het eten om in aanmerking te komen voor de heffingskorting. De kinderen staan vaak bij één van beide ouders ingeschreven, hoewel ze mogelijk (nagenoeg) evenveel tijd bij de andere ouder doorbrengen.

Voor co-ouders is in de uitvoeringsregeling een versoepeling op de tweede voorwaarde opgenomen, waardoor de ouder waar de kinderen niet bij staan ingeschreven toch in aanmerking kan komen voor de heffingskorting. Als één van onderstaande situaties van toepassing is, komt ook de co-ouder waar de kinderen niet staan ingeschreven mogelijk toch in aanmerking voor de heffingskorting:

  • De kinderen verblijven ten minste 3 hele dagen (met een hele dag wordt 24 uur bedoeld) per week bij iedere ouder of
  • De kinderen verblijven om de week bij de ene en de andere ouder.

De aanvullende voorwaarden voor co-ouders worden door de rechter zeer stikt toegepast, zo blijkt uit een recente uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden op 29 maart 2019.

De situatie die aan het Hof werd voorgelegd was als volgt. Het enige kind van belastingplichtige (vader) stond ingeschreven bij de moeder van het kind. Het kind verbleef de ene week 2 dagen bij vader, de andere week 4 dagen bij vader. Gemiddeld verblijft het kind 3 hele dagen per week bij vader, zodat het lijkt alsof aan de voorwaarde uit het uitvoeringsbesluit wordt voldaan.

Het Hof hield echt vast aan de letterlijke tekst van de uitvoeringsregeling. Doordat het kind niet iedere week tenminste 3 dagen bij vader verbleef, had vader geen recht had op de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

De invulling van het omgangsrecht met de kinderen heeft naast de emotionele gevolgen, mogelijk ook fiscale gevolgen. Laat u zich bij het opstellen van het ouderschapsplan altijd bijstaan door een financieel/fiscaal adviseur. Dit voorkomt dat u achteraf tegen dergelijke verrassingen komt te staan en een fiscaal voordeel misloopt.

Zoek jij naar ondersteuning of advies bij jouw financiële & fiscale verplichtingen, kun je onze proactieve hulp goed gebruiken om een financieel overzicht te maken en/of wil je je financieel plan voor nu en later goed geregeld hebben?

Neem dan contact met ons op